Strottenhoofdkanker
Strottenhoofdkanker is een van de vele verschillende vormen van kanker. Het is een kwaadaardig gezwel (tumor) in het strottenhoofd. Hoe deze vorm van kanker precies ontstaat, is onbekend. Wel is het zo dat roken en alcoholgebruik de kans op deze vorm van kanker vergroten. Strottenhoofdkanker komt meer bij mannen voor dan bij vrouwen. De eerste klachten die optreden zijn afhankelijk van de plaats van de afwijking. Bij een tumor die begint bij de stembanden zal heesheid optreden. Deze heesheid is eerst wisselend, maar wordt steeds erger. Hoe vroeger de tumor ontdekt wordt, hoe minder schade er kan ontstaan. Bij aanhoudende heesheid of vage slikklachten is het daarom raadzaam naar de huisarts te gaan. Door middel van een kijkoperatie (onder narcose), waarbij een stukje weefsel wordt weggenomen voor onderzoek, kan strottenhoofdkanker vastgesteld worden. Vervolgens zijn er verschillende behandelmethoden mogelijk. Vaak komen ze in combinatie met elkaar voor. De meest toegepaste behandelingen zijn:
• een bestralingskuur (radiotherapie)
• een operatie; meestal wordt een deel van de stemplooien of een stemplooi geheel weggehaald, soms moet het gehele strottenhoofd worden verwijderd
• een behandeling met medicijnen (chemotherapie)

Wat doet de logopedist?
De logopedist doet onderzoek naar de resterende mogelijkheden met betrekking tot het stemgebruik.Wanneer een kleine stemplooioperatie of een bestralingskuur heeft plaatsgevonden, kan de logopedist leren de resterende mogelijkheden te benutten. In de behandeling wordt aandacht gegeven aan de lichaamshouding, een voorwaarde voor goed stemgebruik. Er zal gewerkt worden aan de ademing en aan een economische manier van stemgeven.
Na verwijdering van het gehele strottenhoofd, de zogenaamde laryngectomie, moet men op een andere manier leren spreken. Met het strottenhoofd zijn immers ook de stembanden verwijderd. De slokdarmspier kan het werk van de stembanden overnemen. Daartoe moet er lucht langs deze spier gaan, zodat deze in trilling gebracht wordt. Door een techniek te gebruiken die verwant is aan boeren ontstaat geluid, waarmee men kan leren spreken. De logopedist geeft hierbij advies en begeleiding. Tegenwoordig wordt vaak een ventielstemprothese geplaatst, ook ‘knoopje’ of ‘button’ genoemd. Meestal kan men hiermee na de operatie al vrij snel spreken. Eventueel zal er gebruik gemaakt worden van elektronische spreekapparatuur. Na de behandeling zal men zich meestal weer goed verstaanbaar kunnen maken.